Onlangs stond in De Standaard een slecht artikel over het
Paleodieet door de lifestyle journaliste Dorien Knockaert. Helaas, te doen
gebruikelijk in deze sector van pseudonieuws over pseudowetenschap, ontbrak enige
goed geïnformeerde wetenschappelijke tegenstem.
De bron.
Haar belangrijkste informant betrof Prof. Dr. Frits Muskiet.
Muskiet werd genomineerd voor de Meester Kackadorisprijs 2013 – dat is de
jaarlijkse prijs voor diegene die in 2013 in Nederland het meeste de
kwakzalverij heeft bevorderd. Onderaan deze tekst staat de “lofrede” voor deze
nominatie. Muskiet heeft banden met Bayer B.V. Division Consumer Care, Omega
Pharma Nederland B.V en Pfizer Division Consumer Healthcare B.V. Deze bedrijven
brengen een aantal voedingssupplementen op de Nederlandse markt. Muskiet is ook
docent ‘basiscursus orthomoleculaire geneeskunde’. De orthomoleculaire
geneeskunde is een kwakzalverij die overal deficiënties ontdekken, zo niet
goedschiks dan wel kwaadschiks, uiteraard te behandelen met deze dure voedingssupplementen.
Over het dieet van de primitieve mens
Wie is dat? Om even uw geheugen op te frissen: 6 miljoen
jaar geleden splitste de mens zich af van de chimpansee, die zijn plantaardige
dieet aanvult met een 1-2% vlees van de jacht. 2,3 miljoen jaar geleden
verschijnen de eerste (zeer primitieve) stenen werktuigen, toegeschreven aan de
“handige mens” (Homo habilis), een kleine twee miljoen jaar geleden verschijnt
de zeer succesvolle Homo erectus op het toneel. Homo sapiens komt een 200.000
jaar geleden, maar H sapiens als abstract denkende mens en toppredator is
40.000 jaar oud (wanneer overal ter wereld kunst verschijnt) – dat is 2% van de
tijd dat de jagende mens op aarde was. De landbouwtijd begint 13.000 jaar
geleden in de Vruchtbare Halve Maan van het Nabije Oosten. We weten helemaal
niet wat H erectus at. Homo erectus was een middelmatige jager: vlees was zeker
geen basisvoedsel. Sommige theoretici gaan zover om te stellen dat vlees, als
zeer gegeerd voedsel, enkel diende om het betere wijfje te versieren.
Aten deze mensen hun eten rauw? Onwaarschijnlijk. We zijn
niet enkel afstammelingen van H erectus, we zijn afstammelingen van succesvolle
H erectus. Vuur vergrootte het bereik van het beschikbare voedsel in zeer grote
mate: wie vuur beheerste, had een aanzienlijk hogere kans op succes. Veel
voedsel dat onverteerbaar was, werd verteerbaar na koken, bakken, roosteren,
etc. Sommige theoretici stellen dat de evolutie van de mens echt begon met het
beheersen van het vuur (from the Pan into the fire: Pan is latijn voor chimpansee):
2 miljoen jaar geleden begon de beheersing van het vuur. Wat zeker is, is dat
de bewijzen van het gebruik van vuur steeds verder in de tijd worden geschoven
– we zijn momenteel 790.000 jaar ver in de geschiedenis van de mens.
Het enige wat we met zekerheid kunnen zeggen is dat de mens
als groot dier alles at wat hij kon verteren en niet te smerig smaakte. Dat
verklaart de noodzaak aan een divers dieet. Vlees was een extraatje. Vlees is
gevaarlijk voor vegetariërs: de adaptatie aan vlees eten spreidt nog steeds in
de verschillende subspecies van de mens (zie verder).
Over evolutie
Evolutie staat niet stil – we leven al enige jaren in de
landbouwtijd. Het Kaukasische ras (wij) kan goed tegen melk drinken en
verdraagt een dieet rijk aan vlees en vet veel beter dan Aziatische rassen. De
berichten over de gezonde Masaï heb ik niet kunnen weervinden. Door de grote
raciale diversiteit in Afrika is dat moeilijk te ontkrachten, maar het betreft
vermoedelijk een indianenverhaal, gebaseerd op zorgvuldig geselecteerde
kerngezonde volwassenen. In de praktijk is de levensduur van Afrikanen een
tiental jaren korter dan de onze, gegeven overleven van geweld, moedersterfte
en infectieziekten (een gevolg van hoge infectiedruk op jonge leeftijd). In Afrikaanse rassen is er veel meer hoge
bloeddruk en diabetes dan in Europese rassen.
De sterfte aan hart- en vaatziekten is er een pak hoger, gecorrigeerd
voor leeftijd. Afrikanen die zeer oud
worden, zoals het beschamende verhaal in het verder uitmuntende Congo van Van
Reybrouck, hebben geen geboortecertificaat om dit te bewijzen en putten uit de
rijke orale overlevering van hun families om de goedgelovige blanke wat op zijn
mouw te spelden. Ze hopen daar dan een slaatje uit te kunnen slaan (wat hen
graag vergeven is). In de praktijk komen in Afrika eeuwelingen voor, maar zijn
ze even zeldzaam als in het Europa van de negentiende eeuw.
Tot slot en centraal in de argumentatie: evolutie geeft niet
om uw overleven. Succesvolle voortplanting is de pasmunt van evolutie.
Overleven is hieraan secundair. Onze grote voorkeur voor zoet en vet op jonge
leeftijd (en later) getuigt van de noodzaak om onze kindertijd te overleven.
Wat er na succesvolle voorplanting gebeurt (ongeveer de leeftijd van 35 jaar:
hierom moeten topsporters afhaken), is al minder belangrijk. De selectiedruk is
gering. 80% van de vrouwen halen nu de 75 jaar: de natuur was echter volledig
blind voor wat er na die leeftijd gebeurde. Weinigen haalden die leeftijd, en
dat verleende geen betere kansen op overleven aan hun nageslacht.
Over diëten
Als u zich met voeding wil bezig houden, is de
wetenschappelijke voedingsleer een betere gok dan de onafzienbare stroom onzin
die de media over u heen storten. Een goed dieet is divers, en u zorgt ervoor
niet te dik te worden.
Nominatie voor de Kackadorisprijs 2013
Prof. dr. Frits A.J. Muskiet
Muskiet (1950) studeerde scheikunde aan de
Rijksuniversiteit Groningen. In 1974 studeerde hij af in de biochemie en
promoveerde in 1979 op de biochemie van catecholaminen-producerende tumoren. In
die tijd werd hij klinisch chemicus in het Universitair Medisch Centrum
Groningen. Sinds 2000 is hij hoogleraar Pathofysiologie en Klinisch Chemische
Analyse en als Universitair Hoofddocent aan de Faculteit Geneeskunde van het
Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG).
Frits Muskiet heeft een warme belangstelling voor
evolutionaire geneeskunde. Hij stelt dat terugkeer naar de leefstijl van onze
Paleolithische voorouders, zoals aangepast naar de cultuur van de 21ste eeuw,
de enige effectieve manier is om typisch westerse ziektes te voorkómen. Hij
ontkent het verband tussen roken en longkanker en is sinds vele jaren een
onvermijdelijk spreker op alternatieve en orthomoleculaire congressen, zoals
bijv. die van Lentis in Groningen. De website van de RUG vermeldt als
nevenwerkzaamheden: docent Europese Master of Science in PsychoNeuro-Immunology
(Universiteit van Girona, Spanje), lid Wetenschappelijk Comité Vitamine
Informatie Bureau. Dit informatiebureau wordt betaald door Bayer B.V. Division
Consumer Care, Omega Pharma Nederland B.V en Pfizer Division Consumer Healthcare
B.V. Deze bedrijven brengen een aantal supplementen op de Nederlandse markt.
Onbeschaamd vermeldt de RUG-website tenslotte dat Muskiet ook docent
‘basiscursus orthomoleculaire geneeskunde’ is. Daarmee maakt Muskiet zich
schuldig aan het kweken van steeds weer nieuwe kwakzalvers, die overal
deficiënties ontdekken, zo niet goedschiks dan wel kwaadschiks.
Uiteraard "de mens als groot dier alles at wat hij kon verteren en niet te smerig smaakte" Maar hij kon niet alles verteren en als hij kon kiezen at hij lever nog warm uit het karkas: the most bang for the buck. En de smaak was ook gericht volgens de evolutie: kinderen zijn uit op Choco omdat die in zijn afzonderlijke componenten met veel moeite uit de bomen en de antilopen te halen waren en trouwens dan nog nooit als "lege" calorieën aangeboden werden. Dit nu gewoon uit de kast halen is de killer.
BeantwoordenVerwijderen"Weinigen haalden die leeftijd, en dat verleende geen betere kansen op overleven aan hun nageslacht." onder andere http://onlinelibrary.wiley.com/doi/10.1002/evan.21382/full argumenteert dat deze bewering niet meer zo vanzelfsprekend is. En dus ook niet uw gevolgtrekking.
"evolutie staat niet stil" maar de veranderingen in onze omgeving gaan des te harder, zo hard dat evolutie in de verste verte niet kan volgen.
Akkoord dat na 65 de natuur zijn (af)gang gaat. Maar als ge tot dan infectieziekten, ongevallen, overeten in calorieën en ondereten in micronutrienten (niet via supplementen) hebt kunnen vermijden zult ge wel statistsch gezien nog wel een hele tijd gezond genoeg zijn om te profiteren van de beperkte maar wezenlijke bijdragen van de allopathische geneeskunde.
It's the details that make the (non)sense.